Lagendijk Thanatopraxie
voor specialistische postmortale zorg

Hoe werkt het?

Het lichaam wordt van binnenuit behandeld waardoor de groei van bacteriën tijdelijk wordt afgeremd. Temperatuur heeft nu geen invloed meer op het ontbindingsproces. De behandeling kan ter plaatse worden uitgevoerd, behalve wanneer er obductie of donatie heeft plaatsgevonden, dan zal de behandeling in een verzorgingsruimte van bijvoorbeeld een uitvaartcentrum plaats moeten vinden. 

Thanatopraxie is een nog nieuwe discipline binnen de uitvaartbranche. Het is een specialistische behandeling die wordt uitgevoerd door speciaal hiervoor opgeleide thanatopracteurs. 

In Nederland is het nog niet overal zo bekend, maar in andere landen wordt het al jaren met succes toegepast. In sommige delen van Frankrijk is het zelfs een vereiste bij een thuisopbaring.

Als de behandeling goed verloopt zal het ontbindingsproces tijdelijk stil worden gelegd. Dit voorkomt het vrijkomen van geur en lichaamsvocht en maakt het een zeer hygiënische manier van opbaren. 


Het verschil tussen een balseming en thanatopraxie

De behandelmethode is technisch gezien hetzelfde, maar in Nederland is het (volledig) balsemen van overledenen alleen bij uitzondering toegestaan. Dit in tegenstelling tot thanatopraxie (lichte balseming).
 
Balsemen is in Nederland alleen toegestaan voor leden van het Koninklijk Huis, overledenen die naar het buitenland worden overgebracht (repatriëring) en voor overledenen die hun lichaam ter beschikking hebben gesteld van de wetenschap. Ook kan de minister van Volksgezondheid toestemming geven om een overledene te balsemen. In de afgelopen decennia zijn dergelijke verloven bijvoorbeeld afgegeven voor vooraanstaande geestelijken zoals katholieke bisschoppen en de bisschop van de Syrisch Orthodoxe kerk.

Bij balseming gaat het vaak om conservering voor een langere termijn, er wordt gebruik gemaakt van een veel hoger percentage formaline terwijl bij lichte balseming het bestanddeel formaline heel gering is, deze beoogt slechts een uitstel van de intreding van de ontbindingsverschijnselen voor maximaal tien dagen.